Samenwerken met je eigen netwerk en netwerkpleegzorg bij uithuisplaatsing kind
Wanneer je kind uit huis wordt geplaatst, kan de steun van naasten je helpen hiermee om te gaan. In dit artikel laten we je zien hoe je je eigen netwerk hierbij kunt betrekken, wat netwerkpleegzorg precies is en hoe je steun kunt vinden bij anderen die hetzelfde meemaken.
Delen met je eigen netwerk
Als je kind uit huis is geplaatst, is het begrijpelijk dat je hier met anderen over wilt praten. Maar met wie deel je dit? Wat vertel je wel - en wat liever niet?
Je hoeft niet alles met iedereen te delen. Denk dus eerst goed na over wie in je omgeving je echt kan helpen. Het is belangrijk om met mensen te praten die je steunen en kalmeren, niet met mensen die je ongerust maken of je gevoelens verergeren.
Deel vooral wat jij zelf fijn vindt. Probeer het gesprek rustig te beginnen, leg uit wat je voelt en wat je nodig hebt. Wees ook duidelijk in wat je van de ander verwacht, of dat nu een luisterend oor is of praktische hulp. Het kan helpen om details die je erg emotioneel maken alleen te delen met de mensen die je echt vertrouwt.
“Je bent niet verplicht om het met mensen te delen, maar het voelt wel zo. Probeer dat los te laten. Deel het alleen met mensen die je erbij kunnen helpen en met de anderen deel je het niet.” - Treintje
Lotgenotencontact en ondersteuning
“Ze zeiden: ‘ga maar contact zoeken met je familie en vrienden’, maar iedereen was boos op mij. Ze vonden het mijn eigen schuld.” - Tessa
Als je merkt dat je weinig mensen om je heen hebt met wie je kunt praten of als je het gevoel hebt dat je netwerk niet begrijpt wat je doormaakt, is er de mogelijkheid tot lotgenotencontact. Dit betekent dat je in contact komt met andere ouders die hetzelfde doormaken als jij. Dat kan een enorme steun zijn.
Zo kun je op Ouderpeil.nl een online community vinden waar ouders elkaar steunen en tips geven. Hier kun je je verhaal kwijt en vragen stellen aan anderen die in dezelfde situatie zitten.
Er zijn ook verschillende instanties die oudergespreksgroepen en lotgenotencontact organiseren, zoals Centrum Jeugd en Gezin (CJG) en Pleegzorg Nederland. Neem hiervoor contact op met je jeugdzorginstantie of zoek op hun website naar oudergespreksgroepen en lotgenotencontact. Zij kunnen je vaak doorverwijzen naar lokale initiatieven. Daarnaast biedt Stichting OPP buddy’s aan: ouders die hetzelfde hebben meegemaakt en jou kunnen ondersteunen.
“Wij hadden het geluk dat er in onze gesloten instelling een project rondom ouderbetrokkenheid liep. We hebben een aantal bijeenkomsten gehad waar we met meerdere ouders van de kinderen van dezelfde groep iets gingen bespreken. Lotgenotencontact vond ik heel fijn. Je denkt dat je de enige bent en dat je er alleen voor staat, maar het feit dat er een andere ouder is die weet wat je doormaakt is heel prettig.” - Sorella
Opbouwen van een netwerk
Misschien heb je het gevoel dat je netwerk niet sterk genoeg is of dat je niemand hebt om op terug te vallen. Dat is oké. Het opbouwen van een netwerk kost tijd en je hoeft niet alles in één keer te doen. Begin met kleine stapjes, en probeer rustig aan je netwerk te bouwen.
Een organisatie die je hierbij kan helpen, is de Eigen Kracht Centrale. Zij kunnen je ondersteunen bij het maken van een plan, samen met de mensen in je omgeving die jou kunnen helpen. Dit geeft je een beetje houvast in een moeilijke tijd.
Sommige organisaties werken volgens het SoNeStra-model (Sociale Netwerk Strategieën), dat gericht is op het versterken van het eigen netwerk van een persoon en uitgaat van de kracht van het individu en zijn omgeving.
Daarnaast kun je denken aan het inschakelen van een JIM (Jouw Ingebrachte Mentor). Een JIM is een bekende, zoals een familielid of vriend, die je kind kan begeleiden, maar jou ook kan steunen.
Ondersteuning door JIM
Het concept van JIM (Jouw Ingebrachte Mentor) is ontwikkeld voor jongeren in de jeugdzorg, maar steeds meer organisaties zien dat dit ook nuttig kan zijn voor volwassenen die hulp nodig hebben. De rol van de JIM is om een vertrouwenspersoon en brug tussen jou, je kind en de hulpverlening te zijn.
Je kiest zelf je JIM uit: dit is vaak iemand die je vertrouwt en goed kent en die kan helpen om door moeilijke tijden heen te komen. JIM’s krijgen trainingen om hen voor te bereiden op deze rol, zodat ze jullie op de beste manier kunnen ondersteunen.
Als je denkt dat een JIM zou kunnen helpen, is het goed om dit te bespreken met je hulpverlener. Deze kan je helpen om de juiste persoon te vinden en ervoor zorgen dat de JIM goed wordt begeleid.
Inzet van je netwerk als netwerkpleeggezin
Als je kind niet thuis kan blijven wonen, is er misschien iemand in je familie of vriendenkring die voor je kind kan zorgen. Dit noemen we een netwerkpleeggezin. Het voordeel hiervan is dat je kind in een vertrouwde omgeving blijft en dat jij zelf makkelijker contact kunt houden.Vanuit de jeugdbescherming wordt er altijd eerst gekeken naar een plaatsing in het netwerk.
Als je iemand in gedachten hebt die mogelijk geschikt is, kun je dit aangeven bij de gezinsvoogd of pleegzorgorganisatie. Zij zullen dan onderzoeken of deze persoon een goede keuze is. Dit proces noemen we netwerkverkenning. Jeugdzorgorganisaties doen dit door het netwerk van je kind in kaart te brengen, mogelijke pleeggezinnen te benaderen, te beoordelen en eventueel je kind bij hen te plaatsen.
Rol van de gezinsvoogd en pleegzorgorganisatie
De gezinsvoogd en pleegzorgorganisatie spelen een belangrijke rol in het kiezen van een geschikte plek voor je kind. Als ouder kun je suggesties doen voor een netwerkpleeggezin, maar de gezinsvoogd moet altijd onderzoeken of dit echt de beste plek is voor je kind.
"Als er mensen zijn in het netwerk die bereid zijn je te helpen bij de uithuisplaatsing, meld dat dan bij de gezinsvoogd en zeg dat je dat onderzocht wilt hebben. Het moet wel beoordeeld worden of het passend is en recht doet aan de situatie van het kind. Is een gezinsvoogd het niet met een suggestie eens, dan moet hij dit goed beargumenteren waarom dat geen geschikte plek is.” – Ronald, gezinsvoogd.
Je mag altijd vragen of er opnieuw gekeken kan worden naar opvang binnen je eigen netwerk, vooral als de situatie weer wat rustiger is geworden. Ook de pleegzorgorganisatie kan helpen om te onderzoeken of er iemand in je omgeving geschikt is als pleegouder.
Samenwerken met een netwerkpleeggezin
Als je kind in een netwerkpleeggezin geplaatst wordt, is het belangrijk dat er een goede samenwerking is tussen jou en het pleeggezin. Door open en eerlijk met elkaar te praten, kunnen jullie samen zorgen dat je kind zich veilig en geliefd voelt. Respecteer de rol van het netwerkpleeggezin en bouw een relatie van vertrouwen op. Het opstellen van gezamenlijke doelen voor de zorg en opvoeding van je kind kan ook helpen om te zorgen dat jullie dezelfde richting opgaan. Daarnaast zijn ook contactmomenten om updates te delen waardevol.
Over het algemeen wordt netwerkplaatsing als een belangrijke optie gezien en wordt er veel waarde aan gehecht, maar de mogelijkheden kunnen verschillen, afhankelijk van de situatie en regio waar je woont.
Culturele achtergrond en voorkeuren
Soms heb je vanwege je culturele achtergrond of religie een voorkeur voor het pleeggezin waar je kind terechtkomt. Je kunt je voorkeuren bespreken met de gezinsvoogd of pleegzorgorganisatie. Zij zullen proberen hier rekening mee te houden, maar je kunt het niet eisen, want het is in ons land wettelijk niet toegestaan om voorkeuren te hebben. Het belangrijkste is dat de plek veilig en geschikt is voor je kind.
Probleemanalyse en ondersteuning
Om een goed netwerkpleeggezin te vinden, is het soms nodig om een probleemanalyse te maken. Dit betekent dat er goed wordt gekeken naar de situatie, zodat duidelijk wordt welke ondersteuning nodig is. Het Regionaal Expertise Team (RET) kan hierbij helpen.
Zij brengen in kaart wat de krachten en kwetsbaarheden zijn in jouw situatie. Dit kan je hulpverlener voor je aanvragen, maar het gebeurt niet altijd standaard. Het RET wordt meestal alleen ingezet als er geen passende hulp beschikbaar is bij andere aanbieders.
Het helpt om de problemen in kaart te brengen met een analyse, maar hoe het precies wordt toegepast kan per situatie verschillen.
Nederland is opgedeeld in 42 jeugdregio's en elke regio moet een Regionaal Expertise Team hebben. Deze teams helpen bij het vinden van de juiste zorg voor kinderen met ingewikkelde problemen. Maar hoe een team precies werkt, kan verschillen per regio.
Wil je weten hoe het in jouw regio zit? Dan kun je contact opnemen met je jeugdzorgorganisatie, CJG (Centrum voor Jeugd en Gezin) of de gemeente. Zij kunnen je doorverwijzen naar het juiste team of je meer informatie geven.
Tip van een ouder
Als je per ongeluk vanuit emotie reageert, wat niet gek is, wees dan niet bang om je excuses aan te bieden en te erkennen dat je reactie niet handig was. Door dit toe te geven, zullen anderen vaak meer begrip tonen en kan het gesprek weer op een constructieve manier verdergaan.
Heb jij vragen of wil jij jouw verhaal delen? Meld je dan gratis aan voor het Ouderportaal.