Zien aan iemand hoe hij of zij zich voelt, is niet iedereen gegeven. Er zijn mensen die non-verbale signalen in het contact met anderen niet oppikken. Die niet merken aan iemands houding, gedrag of gezichtsuitdrukking dat de ander kwaad is of verdrietig, blij of nerveus. Merk je dat dit ook bij jouw kind het geval is? Dat je kind het lastig vindt om non-verbale signalen te lezen? Dan is het goed om hierbij stil te staan, want je kind kan voor uitdagingen komen te staan in sociale contacten. Door hier bewust mee om te gaan als ouders, help je je kind die problemen (zoveel mogelijk) te voorkomen.
Hoe merk je als ouder dat je kind non-verbale signalen niet leest?
Op verschillende manieren kom je erachter dat je kind non-verbale signalen niet meekrijgt. Dat merk je in de eerste plaats thuis, maar het kan zijn dat je er zo dicht op zit, dat je het probleem toch niet ziet. Andere manieren zijn:
- Op school: de docent vertelt je dat je kind signalen niet oppikt van de andere kinderen of van de leerkracht zelf en dat dit tot problemen leidt
- Bij vriendjes: ouders van vriendjes laten je weten dat ze geen hoogte krijgen van je kind en dat ze het gevoel hebben dat jouw kind ze niet serieus neemt: hij/zij lijkt niet te reageren op een serieuze waarschuwing
Waarom vindt een kind met autisme het lastig non-verbale signalen te lezen?
Een kind dat last heeft van autisme heeft grote moeite om non-verbale signalen te lezen en interpreteren. Dat komt vooral omdat ze verschillende communicatievormen niet uit elkaar kunnen houden.
Wel doen: congruentie in de communicatie
Als de verbale uiting iets anders is dan de non-verbale uiting, is dat verwarrend voor je kind. Wil je als ouder (je intentie) dat je kind zijn appel opeet, maar vraagj je ‘Zou je misschien je appel willen opeten?’ dan komt je intentie niet over. De non-verbale en de verbale boodschap komen niet met elkaar overeen. In dit geval kun je beter zeggen: ‘Eet nu je appel op.’ Dat lijkt wellicht onvriendelijk, maar zo ervaart het kind het niet, die vindt die boodschap alleen maar duidelijk.
Dit heet congruentie. Je non-verbale boodschap voor het kind moet congruent zijn met de verbale boodschap. Je gezicht spreekt hetzelfde verhaal als je woorden.
Niet doen: alleen non-verbaal
Een kind met autisme grote moeite met alleen non-verbale signalen. Als je wilt dat je kind opschiet om naar school te gaan en als je dit alleen aan je gezicht en je gedrag laat merken, komt de boodschap niet over. Sterker nog, je kind raakt in de war, kan oogcontact vermijden en ‘gek’ gaan doen, zoals hard zingen of danspasjes doen met de handen voor de oren.
Kinderen met autisme communiceren wel, maar anders
Kinderen met autisme communiceren prima, maar gebruiken een andere communicatiestijl. Ze kunnen die stijl niet eventjes aanpassen aan de ander. Dat is geen onwil, het werkt gewoon anders. Om de communicatie met een kind met autisme op gang te houden, is de enige manier die communicatiestijl van hem of haar te leren kennen en te gebruiken.
Over het algemeen zijn dit de kenmerken van de communicatiestijl van een kind met autisme:
- Zeggen wat je bedoelt: het kind doet dit zelf en verwacht dit ook van de ander, dus geen onderliggende boodschappen zenden
- Beperkte informatie: geen grote verhalen met allemaal zijstraten, maar korte, duidelijke zinnen met één boodschap
- De tijd voor verwerking: het is beter je boodschap te herhalen dan snel door te gaan naar de volgende boodschap: veel kinderen met autisme hebben moeite informatie snel te verwerken
- Maak eerst contact: soms heeft je kind niet door dat je tegen hem of haar praat, dus dan praat je tegen dovemans oren
De zorgen voor jou als ouder
Als je kind moeite heeft met non-verbale signalen, kun je je daar als ouders zorgen over maken. De zorgen gaan dan waarschijnlijk over de toekomst: ‘komt dit wel goed als mijn kind ouder wordt?’ Of je maakt je zorgen gaan over de sociale contacten van je kind: hoe moet hij of zij zich redden op school, met klasgenootjes en vriendjes, met de zwemleraar, op de sport, maar ook in het gezin.
Zie ook: Kind met autisme naar school
Hoe ga je hier als ouder mee om?
Drie handige tips
- Krijg inzicht in de manier waarop je kind signalen oppakt. Probeer eens verschillende manieren uit en kijk wat wél werkt. Dat werkt een stuk positiever dan er elke keer een strijd van maken. Weet dat je kind zich niet aan de communicatiestijl van de ander kan aanpassen.
- Zorg dat je altijd congruent communiceert. Dus zorg dat je lichaamstaal overeenkomt met je verhaal.
- Leg anderen in de naaste omgeving uit hoe je kind het liefst communiceert. Leg anderen uit dat duidelijke congruente communicatie de situatie vergemakkelijkt.
Gerelateerde informatie
In de kennisbank van Ouderpeilpunt vind je honderden blogs met handige tips en adviezen. Heb je deze blogs al gelezen:
- Boekentips over kinderen en autisme
- Een ontspannen dagje weg met een autistisch kind: zes tips!
- Wat is de rol van ouders bij een kind met autisme?
Wil je sparren over autisme?
Wil je jouw zorgen en verhaal over autisme delen met andere ouders en tips van anderen krijgen? Meld je aan bij het Ouderpeilpunt ouderportaal. Als ouder van een kind met autisme sta je er niet alleen voor. Er zijn veel ouders die dezelfde uitdagingen tegen komen. Via het Ouderpeilpunt ouderportaal deel je jouw met andere ouders. Het ouderportaal is de plek waar ouders elkaar vinden voor steun en advies. In een afgeschermde en veilige omgeving vind je een luisterend oor van lotgenoten.